De gymles biedt zoveel meer dan het aanleren van een koprol
Bewegen is gezond
De gymzaal is voor veel kinderen een fantastische ruimte! Nieuwe dingen leren, lekker bewegen en samen met de klasgenoten een gezellige les beleven. Elke gymles is het afwachten wat je gymjuf of gymmeester bedacht heeft om te doen! Wij hoeven je niet te vertellen dat bewegen gezond is, bewegen invloed heeft op het gewicht en je motoriek verbeterd. Bovendien is uit onderzoek gebleken dat de concentratie beter is wanneer kinderen daarvoor bewogen hebben. Steeds vaker is te lezen dat bewegen ook invloed heeft op de mentale gezondheid en dat het de stress beter in balans houdt. Daarnaast heeft het ook een positieve invloed op het tegengaan van bepaalde ziektes, zoals hart- en vaatziektes. Dit komt naar boven in de verschillende onderzoeken, maar bewegen draagt ook bij aan het behalen van de beweegrichtlijnen. Voor zowel kinderen als volwassenen is dit belangrijk om te halen. Meer informatie hierover is te vinden op de website van Kenniscentrum Sport en Bewegen (bron). Bij deze richtlijnen voor kinderen staat niet voor niets: bewegen is goed, meer bewegen is beter. Zeker op jonge leeftijd is het belangrijk dat kinderen in beweging komen en blijven.
Bewegen met vertrouwen
Het lijkt misschien voor de kinderen alsof de meester of juf elke keer maar wat verzint, maar hier zit natuurlijk een heel werkplan achter. Op deze manier komen alle leerlijnen aan bod en leren de kinderen de basis van het bewegen. Wanneer de leerlingen goed kunnen bewegen en het vertrouwen hebben dat zij dit kunnen, zal het vertrouwen nog meer stijgen. De vakdocent speelt hier een belangrijke rol in. Niet alleen door het klaarzetten van het onderdeel, maar ook door het indelen van de groepen. Sommige kinderen worden beter als ze met betere bewegers sporten, anderen hebben juist een vertrouwde en gelijkwaardige groep nodig. De vakdocent houdt hier rekening mee. Welke gymles heeft gelijkwaardige (homogene) groepen nodig en welke gymles vraagt om wisselende (heterogene) groepen nodig. Door bewust groepen te maken en de leerlingen niet te laten kiezen, wordt er een veilige sfeer gecreëerd. Hierdoor krijgen de kinderen de mogelijkheid om in vertrouwen te bewegen. Een belangrijk onderdeel is dat de leerlingen leren om elkaar te helpen. Ook dit is een onderdeel van de gymles. Niet alleen het beter gaan bewegen of zorgen dat jij iets kunt, maar samenwerken en elkaar helpen komt terug. Hierbij kan gedacht worden aan samenwerkingsspelen, waar de opdracht is om samen naar de overkant te komen. Onderweg komen de leerlingen verschillende obstakels tegen die ze gezamenlijk moeten overwinnen. Wie als eerste en alleen over de finish komt, zal te horen krijgen dat hij/zij niet geslaagd is. De goede en minder goede bewegers gaan samen de opdracht aan en moeten deze ook samen halen. De leerlingen leren in groepsverband in plaats van individueel.
De vakdocent weet als geen ander hoe de leerlijnen aangeboden kunnen worden. Springen kan op heel veel verschillende manieren en de vakdocent heeft hier jaren voor gestudeerd om te weten hoe dit veilig aangeboden kan worden. Niet elk kind leert op dezelfde manier, dus een gevarieerd aanbod is nodig. Daarnaast kan de vakdocent ook differentiëren binnen hetzelfde onderdeel van springen. Elke leerling kan daardoor leren in een veilige en vertrouwde omgeving.
Meer dan bewegen
Wanneer een leerling geblesseerd is en niet mee kan doen, dan krijgt zij binnen de gymles een andere taak. Bij verschillende spellen zijn bijvoorbeeld scheidsrechters nodig. De leerlingen leren hoe zij een spel kunnen begeleiden en hoe zij de regels moeten hanteren om het spel in balans te houden. Natuurlijk kijkt de vakdocent naar de leerling en of hij/zij dit aankan. Bovendien worden veel spellen aangepast zodat het zelfregulerende spellen zijn. Bijvoorbeeld tikkertje spelen met een zandloper. Zo kunnen zij zelf de tijd in de gaten houden en vervolgens een nieuwe tikker kiezen. Zo zijn er nog meer voorbeelden te noemen waarop de vakdocenten inzetten op de sociale ontwikkeling van de kinderen.
Winst en verlies
Bij sporten en bewegen, horen winnen en verliezen. Dit gaat hand in hand. De vakdocent neemt dit soort onderdelen mee in het bewegingsonderwijs. Wanneer ben je een goede winnaar en hoe gedraag jij je dan, maar andersom ook. Wanneer ben jij een goede verliezer en hoe gedraag jij je dan? Als leerlingen in de gymles bezig zijn, dan blijft de sfeer hier ook goed. Daarnaast is dit ook goed voor de leerlingen die op een sport zitten. Zij leren in de gymles hoe zij om kunnen gaan met winst en verlies, maar kunnen dit ook toepassen tijdens hun eigen sport.
Professionele collega’s
De vakdocenten van Sportservice Groep hebben een opleiding gevolgd op het gebied van sport en bewegen en zij kunnen daardoor kwalitatief hoogwaardige lessen bewegingsonderwijs geven. De (C)ALO is afgerond of de opleiding Sport & Bewegen. Zij hebben de passie voor het bewegen en willen dit graag overbrengen naar de leerlingen. Juist in deze tijd is het belangrijk dat de leerlingen weer meer gaan bewegen en hier plezier in houden.